56
Zij die weten, spreken niet.
Zij die spreken, weten niet.
De wijze sluit zijn mond en geeft geen teken
Hij schaaft de scherpe kanten en snijdt het ingewikkelde weg.
Hij mindert zijn schittering en gaat op in het gewone volk.
Dit is absolute onverschilligheid.
Met hem kan men niet intiem worden.
Hij kan niet vijandig worden.
Men kan hem geen voorspoed geven.
Men kan hem niet schaden.
Hij kan niet worden verhoogd.
Hij kan niet worden verlaagd.
Daarom is hij het meest waardevaste in de wereld.
en de aardige geitjes.